Vraagt mijn zoon mij later: ´Mamma, wat heb jij gedaan om ze te helpen, al die mensen, die toen op de vlucht waren?´? Ik weet het niet. Ik weet niet hoe de huidige weken en maanden vol van ongelofelijke mensen-verhuizingen door onze landen over enige jaren in historisch perspectief zullen worden gezien. Maar na vandaag kan ik hem in elk geval antwoorden: ´Lieve schat, ik mocht destijds een engel zijn, heel eventjes maar. Ik hoop dat ik mensen zo heb geholpen, al is het maar een heel klein beetje.´
Initiatief
In mijn woonplaats München, de prachtige hoofdstad van het Duitse Beieren, is er veel te doen over de vluchtelingen. Ik lees de berichten in de krant, op internet, via facebook. Toen aan het einde van de zomer de eerste vluchtelingenstromen op gang kwamen, was ik diep onder de indruk van de hulp die uit de inwoners van München kwam. Zovelen kwamen naar het centraal station en brachten eten, drinken, dekens. Zoveel, dat de politie ze op een gegeven moment weer moest wegsturen, er was genoeg. In een wereld, waar cynisme hoogtij viert en steeds weer rechtsradicale geluiden op lijken te vlammen, deed deze beweging, dit gebaar me zo goed. Het gaf me hoop, ondanks alles.
Sinds die tijd zie ik overal kleine en grotere initiatieven ontstaan, die op hun manier de vluchtelingen helpen, maar overal is het in elk geval onderwerp van gesprek. En eigenlijk overal waar ik kom, is de toon verbindend, hulpsbereid. Via facebook heb ik toegang tot een groep, die veel initatieven bundelt, zodat je een overzicht hebt, waar je zou kunnen helpen, als je tijd hebt. Geweldig hoe de sociale media hierbij een verbindende rol spelen. Er wordt elke dag een lijst gepubliceerd wat er waar in vluchtelingenopvangcentra nodig is, van kleding, tot eten, tot vrijwilligers. Met Doodle-lijsten kun je je aanmelden wanneer jij kunt. Daarnaast worden er mutsjes genaaid, bijna honderd al, op de vrijdagochtenden, om kleine hoofdjes in elk geval warm te houden op lange tochten. Er was vorige week een gigantische ´cake-sale´, waar bijna 1.500 euro werd opgehaald. Daarmee zal weer een konvooi naar de Kroatische grens worden gefinancierd.
ZOB
Ik heb weinig tijd om concreet te helpen, merk ik, naast baan, gezin, huishouden en een sociaal leven. Geld overmaken gaat natuurlijk altijd, maar ik wilde zo graag ook iets doen. Al was het maar, om het reeel te maken, deze stromen mensen, die schijnbaar op dit moment door onze wereld trekken. Ik woon op een steenworp van het centraal station in München, maar merk hier in de wijk niets van het hele drama, dat zich daar afspeelt. Dus vandaag, toen ik even tijd had, pakte ik de winterjassen, die hier nog ongebruikt lagen, in een tas en stapte op de fiets naar het station. Want daar vind je de engelen, de ZOB-engelen. Het ZOB (Zentrale Omnibusbahhof) is de plek waar de bussen voor de langere afstanden vertrekken. De ZOB-engelen zijn een groepje vrijwilligers, dat elke avond de mensen, die hier langs trekken van het ene naar het andere punt ver weg, iets toestoppen. Een warme kop soep, koffie of een broodje of een stuk chocolade uit een van deze witte containers. Voor de busreis zijn er kinderzitjes, voor koude kindervoeten warme schoenen. Ik had erover gelezen, het zou er behoorlijk deprimerend zijn en vandaag stond er een oproep wie er kwam helpen. Dus daar ben ik heen gegaan.
Het was er deprimerend: donker, koud, tochtig, zo vlak naast het spoor. En al die mensen, die niets hebben en die ook niet weten of ze ooit weer wel iets zullen hebben. Maar het was ook dankbaar, om op deze bijzondere plek vandaag een korte tijd een helpende hand te geven. Als engel te mogen helpen.
Initiatief
In mijn woonplaats München, de prachtige hoofdstad van het Duitse Beieren, is er veel te doen over de vluchtelingen. Ik lees de berichten in de krant, op internet, via facebook. Toen aan het einde van de zomer de eerste vluchtelingenstromen op gang kwamen, was ik diep onder de indruk van de hulp die uit de inwoners van München kwam. Zovelen kwamen naar het centraal station en brachten eten, drinken, dekens. Zoveel, dat de politie ze op een gegeven moment weer moest wegsturen, er was genoeg. In een wereld, waar cynisme hoogtij viert en steeds weer rechtsradicale geluiden op lijken te vlammen, deed deze beweging, dit gebaar me zo goed. Het gaf me hoop, ondanks alles.
Sinds die tijd zie ik overal kleine en grotere initiatieven ontstaan, die op hun manier de vluchtelingen helpen, maar overal is het in elk geval onderwerp van gesprek. En eigenlijk overal waar ik kom, is de toon verbindend, hulpsbereid. Via facebook heb ik toegang tot een groep, die veel initatieven bundelt, zodat je een overzicht hebt, waar je zou kunnen helpen, als je tijd hebt. Geweldig hoe de sociale media hierbij een verbindende rol spelen. Er wordt elke dag een lijst gepubliceerd wat er waar in vluchtelingenopvangcentra nodig is, van kleding, tot eten, tot vrijwilligers. Met Doodle-lijsten kun je je aanmelden wanneer jij kunt. Daarnaast worden er mutsjes genaaid, bijna honderd al, op de vrijdagochtenden, om kleine hoofdjes in elk geval warm te houden op lange tochten. Er was vorige week een gigantische ´cake-sale´, waar bijna 1.500 euro werd opgehaald. Daarmee zal weer een konvooi naar de Kroatische grens worden gefinancierd.
ZOB
Ik heb weinig tijd om concreet te helpen, merk ik, naast baan, gezin, huishouden en een sociaal leven. Geld overmaken gaat natuurlijk altijd, maar ik wilde zo graag ook iets doen. Al was het maar, om het reeel te maken, deze stromen mensen, die schijnbaar op dit moment door onze wereld trekken. Ik woon op een steenworp van het centraal station in München, maar merk hier in de wijk niets van het hele drama, dat zich daar afspeelt. Dus vandaag, toen ik even tijd had, pakte ik de winterjassen, die hier nog ongebruikt lagen, in een tas en stapte op de fiets naar het station. Want daar vind je de engelen, de ZOB-engelen. Het ZOB (Zentrale Omnibusbahhof) is de plek waar de bussen voor de langere afstanden vertrekken. De ZOB-engelen zijn een groepje vrijwilligers, dat elke avond de mensen, die hier langs trekken van het ene naar het andere punt ver weg, iets toestoppen. Een warme kop soep, koffie of een broodje of een stuk chocolade uit een van deze witte containers. Voor de busreis zijn er kinderzitjes, voor koude kindervoeten warme schoenen. Ik had erover gelezen, het zou er behoorlijk deprimerend zijn en vandaag stond er een oproep wie er kwam helpen. Dus daar ben ik heen gegaan.
Het was er deprimerend: donker, koud, tochtig, zo vlak naast het spoor. En al die mensen, die niets hebben en die ook niet weten of ze ooit weer wel iets zullen hebben. Maar het was ook dankbaar, om op deze bijzondere plek vandaag een korte tijd een helpende hand te geven. Als engel te mogen helpen.